Een citytrip naar Toronto is fantastisch. In deze prachtige stad in Canada, waar bovendien diverse films en series zijn opgenomen, kun je je prima een week vermaken. Toch heb ik een aanradertje voor je: trek ook twee dagen uit om even helemaal tot rust te komen in Algonquin Provincial Park.
Op slechts drie uur rijden vanaf Toronto vind je een provinciaal park dat niet alleen enorm mooi is, het is ook enorm toegankelijk. Algonquin Provincial Park mag dan klinken als een park, het is enorm uitgestrekt bos van 7725 km2 in Ontario. Je zou er zo vijftien horrorfilms kunnen opnemen, want daar doet het meteen aan denken als je er rondloopt.
Hollandse benen
Er zijn verschillende looproutes te vinden. Wij deden er eentje die zo’n acht uur in beslag zou moeten nemen, maar in 6 uur waren we daar al mee klaar. Niet dat we van die enorme wandelaars zijn, maar het werd simpelweg allemaal net even wat anders ingeschat dan voor onze lange Hollandse benen. Al kan het ook zijn dat de parkrangers liever wat voorzichtiger zijn om te zorgen dat je wel voor het donker thuis bent: er wonen namelijk elanden, beren, bevers en wolven.
We verbleven in het Hidden Valley Resort in Huntsville. Een resort met kamers die een prachtig uitzicht over het meer en daarachter de bomen bieden, dus zorg dat je een kamer aan de goede zijde boekt. Je kunt er ook heerlijk eten. Denk bijvoorbeeld aan het Canadese kostje Poutine (patat met kaasklodders en jus) en een van mijn favorietjes: s’mores.
Die laatste past ook helemaal bij het Algonquin-gevoel van kamperen en liedjes rond een kampvuur. Je krijgt het zelfs in een koekenpannetje geserveerd. Als je niet in het hotel wilt eten, dan kun je eventueel ook naar Boston Pizza in Huntsville, waar je heerlijk aan het water kunt zitten.
Een wereld van zomerkampen
Het is maar een paar uur rijden, maar toch voelt het alsof je in een heel andere wereld stapt. Eentje van zomerkampen, padvinders, kanotochtjes en waar schrijvers hele boekenreeksen kunnen schrijven, simpelweg omdat ze geïnspireerd worden door de prachtige bomen, imposante vergezichten en rustige watertjes die je onderweg tegenkomt.
De beste tijd om naar Algonquin Park te gaan, dat is toch wel als de zomer net is geweest, zo rond september. Je kunt dan genieten van een rijkheid aan kleuren: geel, groen, oranje, bruin en rood. Het park staat er dan echt op zijn mooist bij, zonder dat je er door erbarmelijk koude omstandigheden hoeft te gaan. Het is dan zelfs nog lekker warm, waardoor je best nog een duik in een meer kunt nemen.
Zwarte beren
Algonquin Park is een plek waar je even helemaal tot rust kunt komen. Laat je echter niet misleiden door zijn naam, want gevaar is er zeker. Er lopen zo’n tweeduizend zwarte beren rond. Ik houd enorm van dieren en van de spanning die de aanwezigheid van echt gevaarlijke beesten in het wild met zich meebrengt, maar dat is natuurlijk niet voor iedereen zo.
Wil je het drukke Toronto even achter je laten, of wil je simpelweg genieten van wat authentiek Canadese natuur, dan is Algonquin Provincial Park het overwegen waard. Zorg dus wel dat je je eten goed opruimt, hoewel dat in het geval van poutine of s’mores bij ons in ieder geval geen probleem was. 😉
Reislist 
Een gedachte over “Tip voor Toronto-gangers: bezoek het Algonquin Provincial Park”